Radio
U kunt naar de FM-radio van de telefoon luisteren via de geïntegreerde
luidspreker, de muziekstandaard DT1 of een compatibele hoofdtelefoon. Terwijl u
de luidspreker gebruikt, moet de hoofdtelefoon op de telefoon aangesloten
blijven. Het snoer van de hoofdtelefoon fungeert als de antenne van de radio. Zorg
dus dat het snoer ongehinderd omlaag hangt.
Terwijl u naar de radio luistert, kunt u gewoon bellen en inkomende oproepen
beantwoorden. Het verzenden of ontvangen van gegevens via een (E)GPRS- of
HSCSD-verbinding kan de radio storen.
Dit menu openen: Druk vanuit de standby-modus op
Menu
en selecteer
achtereenvolgens
Media
and
Radio
.
De kwaliteit van het geluid is afhankelijk van het bereik van de radiozender in uw
gebied.
1. Druk vanuit de standby-modus op
Menu
en selecteer achtereenvolgens
Media
en
Radio
om de radio in te schakelen.
2. Als u radiozenders hebt opgeslagen, gaat u naar de gewenste zender of
selecteert u de geheugenlocatie van de zender door op de overeenkomstige
toets te drukken (
tot en met
).
Als de compatibele hoofdtelefoon die u gebruikt, voorzien is van een
hoofdtelefoontoets, kunt u door de opgeslagen zenders bladeren door op deze
toets te drukken.
3. Druk op
Opties
en selecteer
Uitschakelen
in het menu
Radio
om de radio uit te
schakelen. OF: Houd
ingedrukt in de standby-modus of vanuit een functie.
Copyright
©
2004 Nokia. All rights reserved.
88